Boek 1 – Hoofdstuk 4 SAMENVATTING BIJ BOEK 1 – HOOFDSTUK 4

Hoofdstuk 4: Muziek en beeldhouwkunst

btn opener Nu hoeft Spengler enkel nog de voltooiing van de westerse kunst in grote lijnen te schetsen. In dit hoofdstuk hebben we, aldus Spengler, geleerd kunsten als oerfenomenen te begrijpen. ‘We hebben eindelijk erkend dat kunsten organismen zijn die binnen het grotere organisme van een cultuur hun welomschreven plaats innemen, die worden geboren, rijpen, oud worden en voor altijd sterven.’ Met het einde van de contragotische renaissance is de westerse ziel tot het volle besef van haar...

§ 17

In het impressionisme komen de kenmerken van de faustische kunstopvatting samen. In deze stroming komt de tendens naar voren de zuivere oneindige ruimte als onvoorwaardelijke werkelijkheid op te vatten; alle zintuiglijke figuren die zich in deze ruimte bevinden zijn tweederangs. In het impressionisme herkent Spengler de omkering van het euclidische wereldgevoel. Het impressionisme neemt zo veel mogelijk afstand van het plastische en probeert juist zo dicht mogelijk bij de muziek te komen....
btn opener In deze paragraaf bespreekt Spengler het impressionisme van de negentiende eeuw, zoals wij het impressionisme in engere zin kennen. Tussen dit ‘late’ impressionisme en Spenglers zeventiende-eeuwse impressionisme van bijvoorbeeld Rembrandt, ligt een braakland. In de negentiende eeuw slaat het atelierbruin om in de ‘bruine saus’ van het plein-air. Het metafysische bruin dat in de zeventiende eeuw symbool was voor de oneindige ruimte wordt nu als onnatuurlijk ervaren. Spengler concludeert...