Een ander verschil is dat antieke kunst geen relatie tot de toeschouwer zoekt. Een Attisch standbeeld is er gewoon, tijdloos en in zichzelf besloten. In de magische kunst daarentegen wordt het oog juist star gericht op de toeschouwer. In de westerse kunst wordt de toeschouwer in de sfeer van de kunst opgenomen. ‘Verre horizonten verdiepen het schilderij tot in het oneindige’, en het effect is dusdanig dat ‘de toeschouwer zich er als het ware in bevindt’. De antieke mens wilde niet verder...