Iedere natuurkunde gaat gepaard met een poging om het natuurbeeld tot zo eenvoudig mogelijke kwantitatieve vormeenheden te herleiden: een atoomleer. Ook deze atoomleren verschillen symbolisch van elkaar. Spengler richt zich op de tegenstelling tussen apollinische en faustische atoomleer. De klassieke atoomopvatting gaat uit van zintuiglijke aanschouwelijkheid en nabijheid, de faustische van abstractie. Bij de klassieken gaat het om plastische eenheden, bij de westerlingen om dynamische...